De volgende definities zijn er voor het woord zouden
- meervoud verleden tijd van zullen Wij zouden. Jullie zouden. Zij zouden. ▸ Ik probeerde me voor te stellen waar ze nu mee bezig zouden zijn: met hun neus in de boeken of chattend met hun vrienden.[1] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.