wasbleek

De volgende definities zijn er voor het woord wasbleek

  • heel erg wit; zo wit als was Zijn schoonvader zat op de grond met zijn rug tegen de zijkant van de schoorsteen, zijn benen voor zich uitgestrekt, zijn ogen gesloten in een wasbleek gezicht en zijn rechterhand verkrampt op zijn vest, op borsthoogte, alsof hij een orgaan had willen uitrukken of tegenhouden. Vlugzout! riep een stem, frisse lucht! riep een andere, de butler snelde toe en vroeg of de mensen zich wilden verwijderen. [2]  Ze ligt languit bij het grote uitkijkpunt boven op Sir Lowry's Pass, haar hoofd naar het noorden, haar voeten naar het zuiden. Ze is helemaal bloot, haar lichaam wasbleek, de volle maan geeft haar huid een onnatuurlijke glans, als van een heilige. [3]  (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.