vooraf

De volgende definities zijn er voor het woord vooraf

  • in de tijd vóór het genoemde We hadden vooraf een kopje soep genuttigd.  ▸ Vooraf had ik best aardig getraind, maar het vlakke Nederland had mij absoluut niet voorbereid op deze omstandigheden.[3] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.