Navigatie tonen
Inloggen
Registreren
vindiceerde
De volgende definities zijn er voor het woord vindiceerde
enkelvoud verleden tijd van vindiceren Ik vindiceerde. Jij vindiceerde. Hij, zij, het vindiceerde. (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.
Andere definities:
kochten
welvaartsverlies
skûtsjesilen
hopper
dimensioneerde