De volgende definities zijn er voor het woord verslond
- enkelvoud verleden tijd van verslinden Ik verslond. Jij verslond. Hij, zij, het verslond. ▸ Pogue floot een oude countryhit en Goldie verslond drie pannen pasta en praatte met volle mond aan één stuk door.[1] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.