verbad

De volgende definities zijn er voor het woord verbad

  • enkelvoud verleden tijd van verbidden Ik verbad.  Jij verbad.  Hij, zij, het verbad.  Waar vindt woon die tweemaal dierf het liefste? Verbad zijn stem de dood, zijn tranen deze machten?[1]  (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.