tronk

De volgende definities zijn er voor het woord tronk

  • boomstam waarvan het bovenste deel en de takken zijn afgehakt Maar over de doorweekte, verwilderde weiden en velden, voor en achter, links en rechts, kropen glimwormen bij tientallen: allemaal lantarentjes met een loodrechte lichtstreep op donker glas, de ‘points de repère’ van de kleine kanonnen, die ergens tegen een tronk werden opgehangen of opgestoken aan een staak. [5] Toen Siepman hen bij dat plekje had geleid, waren de jongens verrukt en verrast geweest als had niet elk van hen het van jongsaf gekend; hun jeugdig romantisch voelen ging te gast aan wat ze zich zagen voorgesteld als decor, een heuveltje en een groep van sombere, oude bomen, hun vlotte verbeelding zwelgde in visioenen van schittering en kleur, speurde plotseling in elk aanwezig ding als een voorbestemdheid om tot meerdere luister van hun feest te dienen; kreupelhout stond er gereed voor coulissen, een mosplek als gerechtsplaats, aan gindse dode tronk zou met purperen toom de ridder zijn schimmel binden. [6] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.