De volgende definities zijn er voor het woord tantum
- (verouderd) bepaalde hoeveelheid geld Uit mededeeling van den getuige bleek dat Pincoffs en Kerdijk voor hun hoofd jaarlijks circa f 30000, plus het tantum van de "winst", op ongeveer f 10000 te schatten, genoten. [3] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.