De volgende definities zijn er voor het woord stamgod
- een god voor één volk of volksstam ▸ De God van het oude verbond, „de verongelijkte, wraakzuchtige”, maakt plaats voor een „goedertieren vader in de hemel”, die de zonden vergeeft en de erfschuld delgt. „Jahweh was een totalitaire stamgod geweest. De tijd was rijp geworden voor een universele Voorzienigheid.”[2] ▸ Vaak wordt beweerd dat Jahweh een soort van stamgod zou zijn, zonder enige relatie met de volkeren buiten Israël. Een particularistische godsopvatting, zo wordt dat wel genoemd.[3] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.