Navigatie tonen
Inloggen
Registreren
panikeerde
De volgende definities zijn er voor het woord panikeerde
enkelvoud verleden tijd van panikeren Ik panikeerde. Jij panikeerde. Hij, zij, het panikeerde. (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.
Andere definities:
beschot
capricieus
standsverschil
bijsmaak
studententaal