De volgende definities zijn er voor het woord moesten
- meervoud verleden tijd van moeten Wij moesten. Jullie moesten. Zij moesten. ▸ Helaas was er geen tijd om te genieten van het prachtige uitzicht want we moesten zo snel mogelijk de berg af zien te komen: het weer zou zo weer kunnen omslaan.[1] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.