De volgende definities zijn er voor het woord magnum

• (voeding) groot roomijsje op een stokje in een stevige laag chocola ▸ Vul deze zomer je vriezer met zelfgemaakte magnums en aardbeiensorbet[3] ▸ Met de dessertkaart kunnen we ook weer even vooruit. Naast de zelfgemaakte magnum en het kaasplankje heeft Thoms nu een chef’s blanche met vanille ijs, Madeleine en chocosaus en frisse zomerse toetjes als gegrilde meloen met crumble en yoghurtijs.[4] ▸ Tuurlijk heb ook ik in mijn puberteit mijn brood verruild voor friet en waren de magnums die wij stiekem kochten bij de benzinepomp best lekker, maar toch…[5] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.