De volgende definities zijn er voor het woord kin
- (anatomie) vooruitstekende deel van de onderkaak ▸ De man stond met zijn handen in zijn zakken, met gebogen schouders en zijn kin naar beneden, maar de vrouw keek omhoog naar de gespierde sater in de fontein, die in zijn hand een lege kruik had.[3] ▸ Op de trail had ik eindelijk het gevoel een hippie te zijn omdat ik in een gemeenschap leefde van vrije geesten, kleurrijk en stoffig. Niemand scheerde zijn kin of oksels, bh’s bleken niet te werken onder zware rugzakken en er was een gezonde hoeveelheid vrije liefde onder de jonge garde.[4] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.