kansloos

De volgende definities zijn er voor het woord kansloos

  • zonder kans, niet meer te redden De oude mannen waren kansloos tegen de jongen mannen, althans wat het voetballen betreft.  ▸ In Europa krijgen we slechts voorbeelden van uitgesproken extreme Amerikanen te zien, alleen maar uitingen van contrasten. Ze zijn ofwel supermooi met botox en nepborsten, of enorm dik en luidruchtig. De rednecks zijn agressief en gevaarlijk, anderen zijn juist weer oppervlakkig en overdreven vriendelijk in de supermarkt. Slimme puissant rijke ondernemers of kansloos verslaafd aan crack en fentanyl.[1] ▸ Er waren duidelijke redenen voor dat hij deze korte discussie in een treincoupé tussen Katrineholm en Skôvde nooit vergeten was. Het was de eerste keer dat hij voor zichzelf moest erkennen dat hij kansloos verslagen was in een discussie. Of meer nog — ze had hem ervan overtuigd dat hij ronduit fout zat.[2] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.