De volgende definities zijn er voor het woord inboorlinge
- vrouw die geboren is in de plaats of het gebied waar ze woont ▸ ⧖ 't Was rond 1895 te Westrozebeke. (…) Hij ging daar al lezen (bidden) door het vuur: de wind keerde, en de brand ging niet verder. - Geh. van een bejaarde inboorlinge van Westrozebeke die toen, als kind, in de kerk was en van dien brand alzo heeft horen vertellen.[2] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.