De volgende definities zijn er voor het woord halfblind
- zeer slechtziend, bijna blind De halfblinde Bertram de Souza, verslaggever van The Vindicator, voorspelde, niet zonder ironie: 'Als je Trump door een nieuwe bril bekijkt, maakt hij een kans. Maar de meeste journalisten bekijken hem door de oude bril.'[2] Geertje en Trijnie kenden de halfblinde kaartjesverkoper van de boot. Nooit zouden ze misbruik maken van zijn handicap en stiekem langs hem glippen. Eerlijkheid betekende alles in hun gezin. Misbruik maken van weerloze mensen was een zonde.[3] "Die stille dode", zo werd de halfblinde Sedrig Verwoert (22) uit Amsterdam vroeger genoemd. Hij was verlegen, maar nu maakt hij als professioneel danser furore in New York. "Ik heb voor heel wat verbaasde gezichten gezorgd."[4] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.