Navigatie tonen
Inloggen
Registreren
frummelde
De volgende definities zijn er voor het woord frummelde
enkelvoud verleden tijd van frummelen Ik frummelde. Jij frummelde. Hij, zij, het frummelde. (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.
Andere definities:
houtspanen
bematten
opgespoord
koorgestoelten
zèta