De volgende definities zijn er voor het woord bedachten
- meervoud verleden tijd van bedenken Wij bedachten. Jullie bedachten. Zij bedachten. ▸ Max en Dennis liepen door de supermarkt. Ze lachten, smoesden, bedachten welk artikel ze wilden hebben.[1] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.