bakkie

De volgende definities zijn er voor het woord bakkie

  • verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bak Die blinde muzikant, met die rooie kop, die krijgt altijd een tientje van me. Altijd. En het aardige is, dat ie altijd heel erg beleefd dank je wel zegt. Kijk, een tientje hoor je niet in het bakkie vallen, een kwartje wel. [1] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.