De volgende definities zijn er voor het woord apezuur
- (jongerentaal) heel erg in vaste verbinding met werken, schrikken, fietsen, trappen e.d. Ik heb me het apezuur gewerkt en nog heb ik een onvoldoende. Arja van Dijk (65) en Hans Hoveling (68) uit Utrecht. Arja: "Ik verzamel al dertig jaar, de spullen komen uit Dubai, Marokko, de VS, Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland, Mexico. De één golft, de ander tennist, ik vind dit leuk. Ik loop altijd te kijken en te zoeken. Meestal begin ik half oktober en begin januari breek ik het af. Mijn man versiert niks, maar sjouwt zich wel het apezuur."[3] (bron: WikiWoordenboek)
Voeg een definitie toe.