aanfietsen

De volgende definities zijn er voor het woord aanfietsen

  • al rijdend op een rijwiel naderen ▸ Hij kwam vanuit de Grote Markt aanfietsen en fietste daarna weg in de richting van de Kamperstraat.[2] ▸ ,,Een echte powervrouw”, hield burgemeester Annette Bronsvoort haar voor, enkele momenten nadat ze bij het gemeentehuis was komen aanfietsen. ,,Een sportief talent en een imposante verschijning.”[3] (bron: WikiWoordenboek)

Voeg een definitie toe.